Cookies

Deze website maakt gebruik van cookies. Anonieme analytische cookies om het gedrag van bezoekers na te gaan en de website aan de hand van deze gegevens te verbeteren. Daarnaast worden ook marketing cookies gebruikt door derden om gepersonaliseerde advertenties te tonen. Ook wordt er gebruik gemaakt van deze cookies om integratie met social media mogelijk te maken. Denk aan video's op Youtube of functionaliteiten van Facebook.

Onvermoeibare softie

woensdag 10 maart 2010 | FNV B Magazine | alle artikelen

Door André de Vos


Pieter Hilhorst is sinds begin dit jaar Ombudsman op televisie. Hij neemt het op voor de burger in zijn strijd tegen onrechtvaardige regels van de overheid.

Trekkebenend loopt Pieter Hilhorst over de redactie van De Ombudsman. Om half  zeven ’s avonds wordt daar hard gewerkt. Afspraken maken met wethouders, een camerateam regelen, klachten nabellen. Hilhorst brak eind oktober zijn been. De spits van AFC Taba 4 was net iets eerder bij de bal dan zijn tegenstander. Die raakte dus niet de bal, maar Hilhorsts onderbeen, met een dubbele beenbreuk als gevolg.  Behalve de pijn, schoot er nog iets anders door Hilhorst heen. De gedachte dat zijn tv-debuut als Ombudsman in het water zou vallen. “Gelukkig kreeg ik een pen door mijn been, geen gips. Dus ik kon gewoon werken.” Met een zorgelijke blik naar beneden. “Ik vraag me af of alles goed gaat, als ik lange dagen maak, doet het erg pijn.”

En lange dagen maakt Hilhorst veel, de laatste tijd. Het is keihard werken als Ombudsman. Het hele land door om te spreken met boze burgers, droge ambtenaren en onwetende of onwillende wethouders. Dat laat zich lastig plannen. De eerste afspraak met DUS gaat niet door. De tweede wordt op het laatste moment verschoven van zijn woonplaats Amsterdam naar het Vara-gebouw, waar de Ombudsman zetelt. “Leuk, heel erg leuk,” zegt hij, als hij eindelijk een rustige plek heeft gevonden voor het gesprek. De vraag was wat hoe hij het bestaan als Ombudsman ervaart.

 “Als columnist en journalist schrijf ik veel over waar burgers tegenaan lopen in hun contact met de overheid. Als Ombudsman kom ik voor nieuwe verrassingen te staan. Afgelopen vrijdag had ik weer zoiets bizars. Een conflict tussen een campingbaas en zijn buren die tegen uitbreiding van de camping zijn. De campingbaas plant bomen om zijn buren het uitzicht te ontnemen; de ruzie ontaardt in buurtje pesten. In plaats dat de gemeente daar een onafhankelijke rol in speelt, kiest ze partij voor de campingbaas en gaat zelfs naar de hoogste rechter om die buren dwars te zitten. Pesten mag, en je krijgt nog hulp van de gemeente ook. Absurd.”

Boeren die massaal land kwijtraken door verkeerde berekeningen van de overheid,een gehandicapte die wordt gestraft omdat hij een tweedehands brommobiel koopt in plaats van een duurdere nieuwe scootmobiel, een gemeente die iemand met een bijstandsuitkering in de schulden werkt. Je hebt geen moeite om aan leuke onderwerpen te komen. Incidenten, of is er meer aan de hand?

“Er is een patroon. De overheid geeft de burger niet snel het voordeel van de twijfel. Alle aandacht is erop gericht om misbruik van regelingen te voorkomen. Uit angst voor misbruik wordt enorm veel energie gestoken in controle, nieuwe regels. Vaak niet in verhouding tot de omvang van de misbruik. Je krijgt enorme dossiers en rechtszaken over bedragen van een paar honderd euro. Om kleine risico’s uit te sluiten, slibt het hele systeem dicht.”

Maar het is toch goed om misbruik te voorkomen?

“Natuurlijk, maar niet op de manier waarop de overheid het doet. Gezond wantrouwen is omgeslagen in blind wantrouwen. De overheid voert honderden onterechte controles uit om één onterechte claim te voorkomen. Dat lijkt me geen slimme aanpak. Hoeveel mensen vragen een rollator aan als ze er geen nodig hebben? Maar moet je eens kijken hoeveel papieren je daarvoor moet invullen. Ik pleit voor gezond vertrouwen. De overheid moet de burger vertrouwen, totdat het tegendeel blijkt. Zoals bijvoorbeeld Interpolis doet. Daar hebben ze het hele systeem van schadeclaims omgegooid. Mensen kunnen geen anoniem schadeformulier meer invullen, maar moeten over de telefoon doorgeven wat er is gebeurd. Dan is liegen lastiger waardoor de verzekeraar het zich kan veroorloven de klant het voordeel van de twijfel te geven.”

Zijn ambtenaren en politici echt zo wantrouwend?

“Het kan-niet, mag-niet-virus heerst in overheidsland. Er is bij de overheid machteloosheid van eigen makelij. We hadden een item over leerlingenvervoer in Zaanstad. Leerlingen mochten alleen thuis worden opgehaald, niet bij de oppas twee straten verder. Ik vraag de wethouder: ‘Kunt u geen uitzondering maken?’ Dat kon, maar dat wilde hij niet. Dan moest hij dat voor iedereen doen. Die man gaf geen krimp. Zo worden zaken nodeloos ingewikkeld. Of je maakt een uitzondering als dat moet en als je te veel uitzonderingen moet maken, zijn de regels niet goed. Dan moet je de regels aanpassen. Ik mis bij de overheid de wil om tot een oplossing te komen. Waarom niet gewoon bij elkaar gaan zitten, in plaats van dat starre vasthouden aan regels, met eindeloos papierwerk en procedures tot gevolg.”

Met een camerateam achter je is het makkelijk problemen oplossen. Maar wat verander je er nu mee? 1 Probleem opgelost, nog 1000 te gaan.

“Niet met onze aanpak. Ik maak oplos-tv. We leggen niet alleen een misstand bloot, we kijken of het probleem structureel oplosbaar is. We proberen aan de hand van incidenten te begrijpen wat er aan de hand is en laten zien hoe het beter kan. We gebruiken geen overvaltechniek. Als het kan maken we gewoon een afspraak.  Dan kan de politicus zich ook voorbereiden. We willen ze niet intimideren, maar met argumenten overtuigen.”

Incidenten maken leuke tv, structurele oplossingen zijn saai.

“Da’s inderdaad een lastige. Elk probleem dat bij ons wordt aangekaart is complex. Stapels papieren, mensen die elkaar tegenspreken. Niet elk incident komt op tv. Soms blijkt een verhaal anders in elkaar te steken of heeft de rechter al uitspraak gedaan. Of dingen zijn te moeilijk om op tv uit te leggen. Dat verhaal over het leerlingenvervoer had een aardig staartje. Als de gemeente de regels zou veranderen, bestond het gevaar dat het leerlingenvervoer opnieuw moet worden aanbesteed, dat er juridische claims komen. Als politicoloog vind ik dat erg interessant, maar op tv kun je er weinig mee.”

Te genuanceerd…

“Het heeft de uitzending niet gehaald.”

Er was vooraf nogal wat scepsis over De Ombudsman. Waarom zo’n oud idee van stal halen? Burgers zijn toch mondig genoeg. De kijkcijfers lijken je gelijk te geven. Gemiddeld zo’n 700.000 kijkers…

“Daar ben ik heel blij mee.”

… en een paar leuke succesjes. De partnertoeslag AOW voor partners onder de 65 blijft.

“Terecht! Die toeslag zou pas in 2015 verdwijnen. Dan maak je je als overheid onbetrouwbaar als je dat ineens vervroegt. Sommige mensen gingen honderden euro’s per maand op achteruit. Staatssecretaris Klijnsma wilde eerst niet aan een uitzending meewerken. Toen hebben we er een pamfletuitzending van gemaakt waarin ik gewoon heb gezegd waarom die afschaffing onrechtvaardig was. Op de dag dat we onze brief wilden overhandigen, heeft de staatssecretaris die regeling teruggedraaid. Niet alleen vanwege ons natuurlijk, maar het werkt wel.”

Op de bres voor de minderbedeelden, dat ligt je wel.

“Dit programma past heel goed bij mij.”

Een ouderwets linkse idealist.

“Dat klinkt bijna als iets vies. Idealisme is blijkbaar iets stoms geworden. Dat verbaast me zeer, maar ja, ik bén dan ook een idealist. Ik geloof in de kracht van mensen, in solidariteit. Ik heb een hekel aan cynisme. Maar ik ben niet ouderwets links. Ouderwets links gaat uit van de maakbaarheid van de samenleving, anonieme solidariteit gevangen in regels. Maar we lopen vast in de regels. We moeten de solidariteit weer van onderaf regelen. Elkaar helpen op kleinschalig niveau, gebruikmaken van het zelforganiserend vermogen, niet zelfredzaamheid, maar samenredzaamheid. Als iemand bij de sociale dienst komt voor een uitkering wordt er nooit gevraagd wat hij zelf in zijn eigen kring kan organiseren. Misschien heeft-ie vrienden en familie die hem kunnen helpen aan een baan, of bij het schrijven van een sollicitatiebrief. Nee, het is gelijk van ‘Jij gaat op sollicitatiecursus’ of ‘We hebben dit voor je’. We doen het volgens onze regels, want zelf kun je het toch niet. Er is bij de overheid te veel pessimisme over waar je mensen op kunt aanspreken.”

Een klap voor je kop kun je krijgen als je mensen ergens op aanspreekt, of besmuikt stilzwijgen.

“Onzin. Je kunt mensen prima aanspreken, als je het maar persoonlijk doet. Ik ben trainer van een jeugdelftalletje, terwijl ik het ongelooflijk druk heb. Iemand komt op je af en vraagt ‘Pieter, wil jij dat doen?’ En dan zeg je ja. Je moet geen mailtje uitsturen of er nog iemand trainer wil worden. Dan reageert niemand.”

Je kinderen zitten op een zwarte buurtschool. Je hebt geprobeerd in Amsterdam een systeem op te zetten waardoor er minder witte en zwarte scholen zijn.

“Mijn idee was om kinderen op scholen te plaatsen via duo-inschrijving. Je kunt je kind als autochtone ouder alleen inschrijven samen met een kind van allochtone ouders. Als je die mensen voorrang geeft bij plaatsing worden witte scholen gemengder, en zwarte scholen uiteindelijk dus ook.”

Leuk plan, maar het is niet gelukt.

“Nee, de Amsterdamse scholen wilden wel, maar het is gesneuveld in onderzoeken en voornemens. Geen enkele reden om het niet nog eens te proberen. Bij elk plan kun je tien redenen bedenken waarom het slecht is. Je kunt ook gewoon van start gaan met het minst slechte plan en dan in de praktijk bijslijpen.” (hij gaat staan en pakt een rol papier die hij op zijn open hand balanceert) “Geleerd van Pieter Winsemius. Zó moet je beleid maken. Die rol staat niet stabiel op mijn hand, maar zo lang ik er naar kijk en corrigeer, blijft-ie staan. Zo moet je het als overheid doen. Beleid uitvoeren, je ogen er niet vanaf halen en corrigeren als dat nodig is. Niet regels bedenken en hopen dat het goed komt.”

Waar komt dat idealisme vandaan? Stamt Pieter Hilhorst stamt uit een rood nest?

“Ik kom uit een katholiek gezin uit Voorburg. De jongste van vijf kinderen. We waren niet socialistisch, maar mijn ouders waren wel politiek georiënteerd en sociaal voelend. Ze hebben elkaar leren kennen bij de KVP. Er kwamen bij ons in huis altijd mensen over de vloer die problemen hadden en die we dan een tijdje opvingen. Ik ben van huis uit gezegend met een groot gevoel van verantwoordelijkheid voor de wereld om je heen.”

Bij de gevestigde linkse partijen is jouw idealisme ver te zoeken.

“Links zit vast in het idee dat je solidariteit in regels moet vastleggen.  Dit zijn je rechten, dit zijn je plichten. Zoek het maar uit. Dat systeem is vastgelopen in bureaucratie. Links heeft vervolgens geen goed antwoord op de roep van de neoconservatieven om minder regels. Maar er zit iets tussen meer markt en meer overheid in. Kleinschalig, samenredzaamheid, niet-anonieme solidariteit.”

Straks verkiezingen. Nieuw kabinet, nieuwe kansen?

“Daar ben ik nu wel weer erg pessimistisch over.  De combinatie PvdA-CDA is onmogelijk geworden en daarmee staat progressief Nederland bij voorbaat buitenspel. Dat hebben de linkse partijen aan zichzelf te wijten. Ze hebben zich de laatste jaren erg defensief opgesteld. Het was nee, nee, nee, bij de SP, maar ook bij de PvdA. In plaats van proberen de eigen goede plannen door te voeren in ruil voor wensen van het CDA, zijn de eigen plannen weggestreept tegen die van het CDA. Dan verandert er dus niets. De enige kans die links bij de komende verkiezingen heeft, is als er echt een offensief programma wordt gevoerd. Niet waar we tegen zijn, maar wat we willen. En dat mag best idealistisch zijn.”

De redactie is leeg, de schoonmakers hebben bezit genomen van het Vara-pand. Hilhorst loopt naar buiten, naar het station, nog steeds wat moeizaam. Op het station snel nog een broodje en dan naar een verkiezingsbijeenkomst in Amsterdam. Morgen de hele dag opnames in Zeewolde, ’s avonds weer een verkiezingsavond. Vlak voordat de trein aankomt nog een laatste opmerking: “Veel mensen vinden me maar een softie. Ik werd ergens omschreven als de ‘bejaardenfluisteraar’. Ik beschouw het maar als een geuzennaam.”

- kader -

Over Pieter Hilhorst

Pieter Hilhorst (1966) studeerde politicologie in Amsterdam. Hij schrijft columns voor de Volkskrant en presenteert het radioprogramma Oba-Live van Radio 5. Hilhorst heeft vele boeken en artikelen op zijn naam staan over de relatie tussen de burger en de overheid. Hij woont samen en heeft twee kinderen. Sinds begin dit jaar is hij bij de Vara De Ombudsman.